Het Nederlandse energiesysteem
Ons energiesysteem in een notendop. Welke energiebronnen voeden het systeem (primair verbruik) en welke energiedragers zijn uiteindelijk direct beschikbaar voor de eindverbruikers, zoals consumenten en de industrie (eindverbruik)?
In het totaal van het primair verbruik zie je dat aardgas en aardolie nog steeds onze belangrijkste energiebronnen zijn. Hernieuwbare energie heeft nog slechts een relatief klein aandeel.
Een deel van de energiebronnen (808 PJ) is direct beschikbaar voor de eindverbruiker, zoals de elektriciteit die door zon en wind wordt opgewekt. Maar ook het aardgas waarmee we onze gebouwen verwarmen.
Een ander, groter deel (1477 PJ) is pas na omzetting beschikbaar. Daarbij gaat het om omzetting via een elektriciteitscentrale of een WKK (warmtekrachtkoppeling) naar stroom en warmte óf om andere omzettingen, zoals die in een raffinaderij waar onder andere transportbrandstoffen worden gemaakt.
Een deel (23%) van het eindverbruik noemen we niet-energetisch. Dit omvat producten, zoals plastics of tussenproducten en grondstoffen voor de industrie (denk aan ammoniak waarvan kunstmest wordt gemaakt).
Onderweg, van primair verbruik naar eindverbruik gaat ook een deel van de energie (660 PJ) verloren; door de omzetting zelf, het eigen gebruik van de energiesector of bij distributie van de energie.


Overzicht van het Nederlandse energiesysteem met daarin het primair verbruik, de omzettingen, de verliezen en het eindverbruik.
Bron: CBS, 2020 Noot